De vennootschapsbelasting kent een subjectieve vrijstelling voor stichtingen en verenigingen die een beperkt winstgevende onderneming drijven. Deze vrijstelling geldt alleen als de stichting of vereniging belastingplichtig is en dus een onderneming drijft. De vrijstelling is van rechtswege van toepassing als aan de voorwaarden is voldaan, tenzij op tijd een verzoek is gedaan om af te zien van de vrijstelling. De vrijstelling geldt als de winst van een jaar niet hoger is dan € 15.000 of als de winst van het jaar en de vier voorafgaande jaren tezamen niet meer bedraagt dan € 75.000. Voor de beoordeling of deze laatste grens is overschreden wordt de winst van eventuele verliesjaren in de vijfjaarsperiode op nihil gezet. Aan de hand van een aantal voorbeelden wordt de werking van de regeling uiteengezet.
De staatssecretaris van Financiën heeft een besluit gepubliceerd waarin beleid met betrekking tot de vrijstelling is opgenomen.
FAD en Administratie & Belastingadvies de Veldhoen werken vanaf 1 januari 2021 samen en zijn...
De staatssecretaris van Financiën heeft Kamervragen over de omvang van de betalingskorting...
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in een brief aan de Tweede Kamer een reactie...
De Gemeentewet biedt gemeenten de mogelijkheid om een reclamebelasting in te stellen. Dat is een...
Als uitvloeisel van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen is met terugwerkende kracht tot en...